Droom en Daad. Het gedachtegoed van Ab Harrewijn anno 2013
Door Maarten Davelaar
Kun jij iets zeggen over het gedachtegoed van Ab Harrewijn, zo luidde de vraag waarmee Nico Ooms me benaderde bij het begin van de voorbereidingen voor de jubileumconferentie van ’t Groene Sticht. Wat waren zijn idealen? Wat wilde hij bereiken? En hoe slaagde hij erin mensen mee te krijgen, in beweging te brengen? Om, bijvoorbeeld, met hem te werken aan de plannen voor ’t Groene Sticht? En kun je ook nog iets zeggen over wat zijn ideeën nu, bij het tienjarig bestaan van ’t Groene Sticht, nog kunnen betekenen?
Ik heb ja gezegd, zoals jullie merken. Toegegeven, ik was op papier niet helemaal ongeschikt voor de taak. Ik heb van 1995 tot 2002 intensief met hem samengewerkt in werkgroep De Rafelrand die zich inzette voor preventie van dak- en thuisloosheid en het herstellen van aansluiting met de maatschappij voor mensen die het waren geworden. ’t Groene Sticht kwam uit de zakendoen-conferenties van werkgroep De Rafelrand voort. Bovendien had ik vanaf 1999 met hem rond zijn politieke werk te maken. En o ja, we kwamen op elkaars zaterdagse verjaardagsfeestjes. Ab nooit voor elf, twaalf uur ’s nachts op de mijne: eerst moest de preek voor de dag erop nog af, of een brief voor ’t Groene Sticht, voor hij aan het bier mocht.
Toch heb ik er flink mee in mijn maag gezeten, met die toezegging en de opdracht die daar voor mezelf uit voortvloeide. Want kon het – ook met mijn eigen persoonlijke betrokkenheid – iets anders worden dan het ultieme tribuut aan Ab Harrewijn? Natuurlijk, er is rond zijn vroege dood in 2002 veel gezegd. Er is een Ab Harrewijnprijs en zijn naam ligt nog op de lippen van velen. Bij ‘in de geest van Ab’ kunnen veel mensen zich iets voorstellen. Maar wat is er sindsdien aan samenhangends bijeengebracht en besproken over waar hij voor stond? Heel weinig. Kortom, er lag hier een Taak. Een Te Grote Taak voor een middagconferentie op een donderdag in december.